Autogeen lasdraad

Autogeen lassen

Autogeen lassen is een lasmethode die gebruik maakt van een vlam. Met de vlam wordt het materiaal gesmolten. Op het juiste moment wordt er een druppel toegevoegd waardoor er twee delen verbonden worden. De neersmeltsnelheid is bij dit proces laag. Hierdoor is er sprake van een beperkt toepassingsgebied, deze ligt tussen de 0,5-5mm. Deze methode is tegenwoordig grotendeels vervangen door het elektrisch lassen.

Acetyleen

Bij het autogeen lassen wordt de benodigde warmte verkregen door het verbranden van een geschikt materiaal, meestal acetyleen. Het gas wordt gemengd met zuurstof door gebruik te maken van een speciale lasbrander. De vlamtemperatuur bedraagt ongeveer 3100°C. Met deze temperatuur kan er een smeltbad gecreëerd worden op de te lassen delen, vervolgens wordt de toevoegdraad in het smeltbad gestoken om de delen aan elkaar te verbinden.

Voor- en nadelen van autogeen lassen

Tijdens het autogeen lassen moet er relatief veel warmte toegevoegd worden, dit komt door de grote hoeveelheid warmte die verloren gaat doordat verbrandingsgassen naar de omgeving stromen. Daarnaast komt veel warmte niet op de las terecht maar in de nabije omgeving. Hierdoor is er een relatief grote kans op vervorming van het werkstuk. Naast de nadelen zijn er verschillende voordelen te benoemen. Zo is het toepassingsgebied van autogeen lassen erg breed. Er kunnen verschillende materialen in verschillende diktes gelast worden. Daarnaast is de apparatuur relatief goedkoop en is er geen elektriciteit nodig. Hierdoor kan er op afgelegen plekken gelast worden.